Gravin Mathilde van Toscane (1046-1115) is een van de machtigste vorsten in de Hoge Middeleeuwen. Voor de geschiedenis van Italië is zij zo belangrijk dat de tweede helft van de 11e eeuw wel het 'Mathildische tijdperk' wordt genoemd.
Mathilde's leven staat in het teken van de strijd die zij moet voeren om de enorme nalatenschap veilig te stellen die haar voorouders hebben opgebouwd in Noord- en Midden-Italië. Zij moet het opnemen tegen Hendrik IV, de machtigste keizer van de 11e eeuw.
Haar bondgenoot in de strijd is paus Gregorius VII, die zelf ook verwikkeld is in een oplopend conflict met Hendrik IV. Mathilde gaat tot het uiterste om haar persoonlijke vriend te steunen bij het doorvoeren van belangrijke kerkhervormingen tegenover de keizer die alle touwtjes in handen wil houden.
De naam van deze geëmancipeerde, strijdbare gravin is onlosmakelijk verbonden met de 'Gang naar Canossa'. Haar stamburcht in de Apennijnen is het toneel van de beroemde boetetocht die Hendrik IV moet ondernemen om zich te verzoenen met de paus. Mathilde is niet alleen de gastvrouw van die topontmoeting maar ook de belangrijkste bemiddelaar.
De 11e eeuw is ook de eeuw van de opkomst van de stadsteden in Italië. In deze turbulente tijd, waarin het doorgaans mannen zijn die de dienst uitmaken, houdt de eigenzinnige Mathilde zich staande – met groot doorzettingsvermogen, strategisch en militair inzicht.
Het leven van Mathilde vertelt de geschiedenis van deze indrukwekkende, kleurrijke vrouw en haar voorgangers, de Heren van Canossa. Een aaneenschakeling van avontuurlijke gebeurtenissen, intriges, nederlagen en successen.
Gregor Dijkhuis (Haaksbergen, 1953) is een kenner van de Middeleeuwen, in het bijzonder van de Hoge Middeleeuwen. Van zijn hand verscheen eerder Stupor Mundi, Kroniek van een eigenzinnige keizer (2015), de eerste Nederlandstalige monografie over keizer Frederik II. In 2021 schreef hij De Middeleeuwse Zomer.