In het najaar van 1943 bezoekt SS-rechter Konrad Morgen concentratiekamp Auschwitz. Aanleiding is een vanuit het kamp verzonden pakketje met goudklompen, dat door de douane is onderschept. In het kamp ontdekt hij dat deze smokkelzaak het topje van de ijsberg is: kampbewakers maken zich massaal schuldig aan diefstal en corruptie. En dat is nog niet alles, want Morgen constateert ook dat stafleden zonder officiƫle toestemming gevangenen vermoorden. Terwijl in de gaskamers van nazi-Duitsland miljoenen Joden vermoord worden, houdt Konrad Morgen zich bezig met het verzamelen van bewijs van 'illegale' moorden. Behalve Auschwitz bezoekt hij ook andere kampen, zoals Buchenwald, waar hij kampcommandant Karl Koch en diens sadistische echtgenote Ilse laat arresteren. De beruchte commandant wordt uiteindelijk door een SS-rechtbank ter dood veroordeeld. Het juridische onderzoek van Konrad Morgen toont hoe in nazi-Duitsland het onderscheid tussen recht en onrecht vervaagde. Maar wat waren de persoonlijke beweegredenen van de SS'er om zijn collega's voor het gerecht te brengen?