Leven en werken van de wegbereider in Iran.
Zoroaster (Zarathoestra) wordt geboren als zoon van een paardenfokker. In zijn kinder- en jeugdjaren wordt hij omringd door trouwe leiding en daardoor kan hij ook in de waardevolle, nauwe verbinding met de natuur en de daarin levende wezens staan. In de eenzaamheid van de bergen komt hij tot het erkennen van de hoogste Godheid en ontwikkelt hij zich tot een beroepene, de wegbereider van de Waarheid.
Aan het begin van zijn opdracht stuit Zoroaster in Iran op een geloof, dat tot een dieptepunt is gezonken. De kennis omtrent die ene scheppende God was bijna geheel verloren gegaan en het beeld van de goden werd met menselijke denk-en handelwijze vermengd. Door zijn andere zienswijze en zijn verkondiging over der verheven Schepper trekt Zoroaster de aandacht van vorst Hafis, die zich nog met het oude geloof in Ahuramazda als de enige Schepper verbonden voelt. Gesteund door de vorst begint Zoroaster nu in het hele land over Ahuramazda te verkondigen. Velen herkennen in hem een helper uit geestelijke nood. Hij leert hen, dat zijzelf schuldig zijn aan hun leed; hij spreekt erover, waarom de mens op aarde leeft en wat zijn eigenlijke doel na herhaalde levens op aarde is. Uiteindelijk vindt Zoroaster in Jadasa die echtgenote, die zijn werkzaamheid aanvult en hulp aan de vrouwen verleent. Juist de vrouwen werden in de uitgestrekte delen van het land in onwetendheid gehouden over al het geestelijke. Het gemeenschappelijke en zegenrijke werken van hen beiden schenkt aan het land onder de wijze leiding van vorst Hafis een tijdperk van vreedzame ontplooiing op elk gebied vanhet leven.
Het geloof in Ahuramazda, de Allerhoogste, bepaalt dit leven in het hele land en komt tot uiting in een bloeiende kunst en cultuur. Op latere leeftijd legt Zoroaster zijn boodschap op stenen tafels gegraveerd vast. Aan het nageslacht brengt hij het weten over, dat er een Eindgericht en daarmee ook de Wereldrechter, de Saoshyant, zal komen, die de mensen volgens hun daden berecht.