Op 10 april 1912 vertrok onder overweldigende belangstelling van de kade van Southampton 's werelds grootste passagiersschip, de Titanic van de White Star Line, onder kapitein Edward J. Smith voor zij n eerste uitreis. Nadat in Cherbourg en Queenstown nog passagiers aan boord waren genomen zette de gloednieuwe oceaanreus van 45.000 ton koers naar het reisdoel: New York.
Het schip was in feite een drijvend passagierspaleis. Aan boord was alle luxe die maar denkbaar was, zij het dat tussen 1ste-, 2de- en 3de-klasse passagiers een groot onderscheid werd gemaakt. In de nacht van 14 april gebeurde wat niemand ook maar voor mogelijk had gehouden. Na in de buurt van Newfoundland in aanvaring te zijn gekomen met een ijsberg verdween het kolossale schip binnen enkele uren in de golven van de Noordatlantische Oceaan. Meer dan 1500 van de 2227 (geregistreerde) passagiers en bemanningsleden kwamen daarbij om het leven.
De bekende diepzeeonderzoeker Dr. Robert D. Ballard - wiens bestseller Op het spoor van de Bismarck reeds eerder door ons werd gepubliceerd - wist in 1985 het wrak van het onfortuinlijke lijnschip te traceren op de bodem van de oceaan. Hij beschrijft in woord en beeld niet alleen de ondergang van de Titanic maar ook zijn speurtochten naar en ontdekking van het wrak van het legendarische passagiersschip. Tijdens twee expedities wist hij met behulp van geavanceerde onderwaterrobots schitterende kleurenfoto's te maken van het wrak en de overal op de zeebodem liggende gebruiksvoorwerpen van de Titanic, de stille getuigen van een wereldschokkende scheepsram