Paul Bannerman, een milieukundige van midden dertig, vecht hartstochtelijk tegen de aanleg van een stuwdam in Botswana en tegen de bouw van een nucleaire reactor in zijn geboorteland Zuid-Afrika. Op hetzelfde moment is hij echter gedwongen te vechten tegen een harde speling van de natuur: hij heeft kanker en moet radiotherapie ondergaan. Daarvoor dient hij zich te isoleren van zijn vrouw en zoon. Zijn ouders nemen hem onder hun hoede. Tijdens Pauls ziekbed wordt zijn moeder gedwongen haar verleden onder ogen te zien. Als dan ook zijn vader verrassende nieuwe keuzes maakt, komt de van de buitenkant zo gelukkig ogende familie onder grote druk te staan.