Tirza begint als het perfecte cultureel correcte plaatje. Vader werkt bij een literaire uitgeverij, zijn vrouw doet iets met kunst, en de jongste dochter Tirza is ‘hoog-hoogbegaafd'. Totdat het geschetste ideaalbeeld begint te vertroebelen.
Jörgen Hofmeester is vrijwel kapot. Hij is verlaten door zijn echtgenote, hij is ontslagen en zijn spaargeld is verdwenen in een hedge fund. Het enige wat hij nog heeft kunnen behouden is zijn dierbaarste bezit: dochter Tirza. Maar na haar eindexamenfeest gaat ze met haar nieuwe vriendje naar Namibië. Hofmeester zal zijn dochter moeten loslaten. Wanneer verwordt bezit tot bezetenheid?