'Ik ga iets ondernemen dat nooit eerder is gedaan en dat, als het eenmaal is uitgevoerd, niet zal worden nagevolgd. Ik wil aan mijn medemensen een mens laten zien zoals hij werkelijk is en die mens, dat ben ik zelf.'
Zo begint het fascinerende autobiografische relaas van Rousseau, een van de grootste figuren uit de westerse cultuur. Niet alleen met zijn Bekentenissen is hij nieuwe wegen ingeslagen. Ook de invloed van zijn geschriften over opvoeding of staatsinrichting kan moeilijk worden overschat. Het levensverhaal van Rousseau begint in Genève, waar hij in 1712 is geboren. Als hij vijftien jaar is houdt hij de Zwitserse stadstaat voor gezien en trekt de wijde wereld in. Hij ontmoet mevrouw de Warens, die later zijn maîtresse wordt, bekeert zich in Turijn onder haar invloed tot het katholicisme en vervult de meest uiteenlopende baantjes om in zijn levensonderhoud te voorzien, van knecht tot huisleraar en van musicus tot gezantschapssecretaris in Venetië. Hij is voortdurend op reis in Frankrijk en het hertogdom Savoye, en verblijft een jaar in ballingschap in Engeland. Zijn opera De dorps- waarzegger wordt in aanwezigheid van koning Lodewijk xv uitgevoerd. Met de roman in brieven Julie ou La Nouvelle Héloise stijgt zijn roem tot een hoogtepunt. Mensen maken lange reizen om hem te ontmoeten. Zijn samenwerking en breuk met de encyclopedisten, zijn terugkeer tot het protestantisme, zijn verlangen naar rust en kalmte in de natuur, alles wordt in zijn autobiografie met een groot analytisch vermogen beschreven Nooit eerder zijn deze Bekentenis- sen, een hoogtepunt in de autobiografische wereldliteratuur, integraal in Nederlandse vertaling verschenen