In sobere taal vertelt Simenon hier het verhaal van twee eenvoudige meisjes uit de princiestad La Rochelle, die naar het grote Parijs trekken om daar, ieder op haar eigen wijze de droom van hun even te verwezenijken. Hun verbondenheid en afhankelijkheid, ondanks een scheiding van meer dan twintig jaar, krijgt op ontroerende wijze gestalte in de dramatische ontknoping.