De naar Napels weggepromoveerde Aurelio Zen is vastbesloten van het leven te genieten en zich daarbij niet te laten afleiden door politiewerk. Maar in navolging van operatie 'Schone Handen' blijkt er in Napels een groepering actief die zich 'Schone Straten' noemt en die de verantwoordelijkheid opeist voor de verdwijning van een aantal louche politici en mafiosi. Tegen wil en dank raakt Zen bij het onderzoek betrokken, net op het moment dat hij ingaat op het verzoek van een mooie weduwe om haar twee dochters, zeer tegen hun zin, te redden van de avances van een paar lokale, bijzonder charmante gangsters.
Met een knipoog naar de beroemde opera van Mozart ontwikkelt zich een bloedstollend maar tegelijkertijd komisch verhaal, waarin niemand is wie hij of zij lijkt en waarmee Michael Dibdin een schitterend portret van Napels en haar bewoners schildert.