We werken minder, maar we hebben meer te doen. We hebben meer vrije tijd, maar we slapen minder. Terwijl we klagen over de drukte, de gejaagdheid en dreigende burn-outs, plannen we onze dagen vol. Kortom, onze tijd wordt ‘obees’; we proppen alles vol en zijn niet langer in staat om te lummelen of werkelijk niets te doen.
Wie denkt dat rusteloosheid een ziekte is van deze tijd, heeft het mis. Al eeuwenlang zoekt de mens een uitweg voor een probleem dat hij zelf veroorzaakt: een te vol leven. Maar is die rusteloosheid werkelijk een probleem, of is het juist een van onze voornaamste drijfveren? Passie, creativiteit en verlangen bestaan bij gratie van ongedurigheid, aldus filosoof en medicus Ignaas Devisch.
In weerwil van alle pleidooien om te vertragen en de roep om spiritualiteit en ascese, breekt dit boek een lans voor de positieve kanten van een mateloos leven.