Joeri wil een wonder. Niet omdat hij zoveel last heeft van zijn halfdove rechteroor, maar omdat hij denkt dat hij een beetje beter in de wereld zou passen als hij een meisje was. Hij noteert in een nieuw dik schrift: Dit is het moment dat ik in het geheim een boek ga schrijven over mezelf. En dit wordt de eerste zin: Vroeger was ik iemand anders. Ik denk dat iedreen een boek dat zo begint wel wil lezen. Het boek gaat over het wonder dat vannacht zal gebeuren en waar ik al heel lang op wacht. Jammer genoeg kan ik niet hardop schrijven wat het precies is, want een wonder is altijd een verrassing. Maar Joeri's boek raakt hopeloos in de war, als zijn moeder even later thuis komt met beangstigend nieuws. Langzaam verandert zijn onrust in ongerustheid.