Paul is 46. Hij is privédetective. Dorothy is bijna 16. Zij zit midden in een identiteitscrisis. Hij staat buiten de conformistische Brusselse samenleving, waarin zij geboren en getogen is. Hun enige band is het feit dat Paul weet dat hij Dorothy’s biologische vader is. Hij is pas terug uit het buitenland als hij Dorothy weerziet. Paul raakt ervan in de war. Hij houdt haar in het oog, maar durft haar niet te benaderen. Tot Dorothy plots naar hem toekomt met de vraag of hij haar biologische vader kan vinden …