Voor een boek dat al jaren uit druk is, wordt Expats (eerste druk 2000) nog steeds verrassend veel gelezen en blijft het onverminderd actueel. Dat is opvallend voor een boek dat door de meeste lezers met een grote dosis ongeloof en verontwaardiging wordt ervaren. Het verhaal van een groep jonge westerlingen die op koloniale wijze de beest uit hangen in Jakarta, botst met het breed gedragen idee dat westerlingen een taak hebben om de rest van de wereld vooruit te helpen.
“Dit kan niet waar zijn,” is ook de reactie van veel aspirant expats die het boek lezen voor ze afreizen naar hun verre bestemming. Na echter enkele jaren in Mexico, Nigeria of Indonesie (waar dit boek speelt) gewoond en gewerkt te hebben, is hun reactie meestal diametraal omgekeerd: “Ja, zo is het.” Zeer treffende zedenschets, schreef de Volkskrant dan ook in een recensie. Het boek legt daarmee iets essentieels bloot: een verschil over hoe westerlingen denken dat ze omgaan met minder- of onder-ontwikkelde streken en de real life ervaring van de welvarende westerling in een exotische en arme omgeving.
Misschien verklaart dit verschil ook de breed gedragen verontwaardiging die het boek na verschijning ten deel viel. In een recensie in NRC Handelsblad viel de term ‘racisme’ waarop veel expats zich geroepen voelden zich te verdedigen. Jaren na dato voelen sommige expats zich nog steeds aangevallen door het boek, alsof het iets blootlegt dat niet aan anderen mag worden doorverteld. Dat is vreemd. Kennelijk beschrijft het boek een wereld die zich aan het oog onttrekt van de meeste burgers in het westen.
De ironie van dit alles is dat Expats slechts gedeeltelijk op waarheid is gebaseerd. De auteur schreef het vrijwel uitsluitend naar aanleiding van zijn omgang met een groep Nederlandse expats tijdens het jaar gedurende welke hij onderzoek verrichtte in Jakarta. Nu is dit vaker voorgekomen: Louis Couperus was slechts een regelmatig bezoeker van de kolonie Nederlands-Indie maar slaagde er toch overtuigend in het wezen van het kolonialisme te verwoorden in legendarische boeken als De Stille Kracht en Van oude mensen.
Het ontstaan van Expats is heel anders. De auteur maskeerde zijn ervaring met het expatbestaan door terug te vallen op zijn uitgebreide kennis van de koloniale samenleving in Nederlands-Indie van honderd en tweehonderd jaar terug. Het resultaat is een boek dat vreemd genoeg zowel inzicht geeft in de kolonie als in een relatief modern verschijnsel: het uitzenden van expats. Expats blijft daarmee als een werk van fictie actuele vragen oproepen. Hoe kan het dat koloniale mechanismen nog voortbestaan een halve eeuw nadat kolonialisme in Indonesie en veel andere delen van de wereld werd uitgebannen? Is kolonialisme soms van alle tijden of is expatisme eerder het nieuwe kolonialisme? Zeker is dat Expats als een verontrustende roman over culturele ontworteling en frictie een aparte plaats in de literatuur inneemt. Niet voor niets is het boek opgenomen in Pieter Steinz’ canon van de Nederlands-Indische literatuur.