De wetenschap is een beetje ziek. Zij lijdt aan publicatiedwang en overdreven geldingsdrang. De wetenschap rent van het ene naar het andere modieuze onderwerp in de hoop onze aandacht te kunnen trekken. Overal wil ze haar zegje doen, overal wil ze haar neus in steken. In Utrecht onderzoekt men spijt hebben, in Rotterdam de gevolgen van Sport 7 en in Tilburg verdiept men zich in huilen. En ondertussen huurt Bailey's een psycholoog in die fijnzinnige trucjes bedenkt om het verdachte goedje aan ons te slijten. De wetenschap lijkt op sterven na dood. Alsof dat nog niet genoeg is, verzamelen zich rond het ziekbed van de wetenschap levensgevaarlijke doktoren: niet alleen zwijmelende filosofen die haar te gelijkhebberig en zelfbenoemde therapeuten die haar te analytisch vinden, maar ook politici met een visie die haar zalvend de les lezen. In Van harte beterschap biedt Marcel Hulspas een even handzaam als waanzinnig overzicht van al dat postmoderne gesol met het begrip wetenschap: van brouwer