Sinds de mislukte coup van 15 juli 2016 is er over geen staatshoofd zoveel geschreven en gesproken als over de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. Vóór de coup al werd hij door de ene helft van de Turkse bevolking op handen gedragen en door de andere gehaat; daarna is de polarisatie alleen nog maar toegenomen. Buiten Turkije is het wantrouwen tegen zijn confronterende politiek ook enorm, zeker na de zuiveringen in onder meer het ambtenarenapparaat, het onderwijs en de media. Tienduizenden mensen werden ontslagen, op non-actief gesteld of zelfs gearresteerd. Wie is Recep Tayyip Erdogan en wat beweegt hem? In Turkije prijzen zijn aanhangers de hervormingen onder Erdogans leiding die hebben gezorgd voor economische groei, betere openbare voorzieningen en een toegenomen Turks zelfvertrouwen. Conservatieve moslims herkennen in Erdogan de man die hun waarden en opvattingen deelt en verdedigt. Daartegenover staan felle tegenstanders die in Erdogan een autoritaire leider zien die geen kritiek duldt en het niet zo nauw neemt met de persvrijheid of de rechten van de Koerden. Zij vrezen dat er in het nieuwe Turkije van Erdogan geen plaats meer is voor andersdenkenden. Joost Lagendijk beschrijft hoe Erdogan kon uitgroeien tot alleenheerser, wat zijn opvattingen zijn, waar de steun voor hem vandaan komt en waarom tegelijkertijd de weerstand tegen hem zo groot is. Oud-Europarlementariër Joost Lagendijk (1957) is politiek analist en publicist en woont in Istanbul.