"Toen Hikmet Bey zijn hoofd door het raam van de koets naar buiten stak om te kijken wat er aan de hand was, zag hij dat het gordijntje van de zwarte landauer naast hem op een kier werd geschoven en dat een gezicht, zo mooi als hij nog nooit had gezien, even poolshoogte nam en weer verdween.'
Hikmet verkeert in hevige tweestrijd. Nadat hij een aantal jaren in Frankrijk heeft gewoond, kan hij zijn vaderland niet meer met dezelfde ogen bekijken. Hij ontpopt zich als propagandist van westerse waarden.
Zijn progressieve ideeën vinden geen weerklank. Zelfs de men. sen die hem het meest nastaan - zijn vrienden, zijn vader, zijn geliefde - kunnen hem onmogelijk volgen. Zo raakt Hikmet verscheurd tussen zijn westerse droom en de harde werkelijkheid van het Osmaanse Rijk. Via de majestueuze omweg van de Turkse geschiedenis weet Ahmet Altan het leven in zijn vaderland overrompelend en hartverscheurend vast te leggen.