Vier kinderen op de grens van volwassenheid treffen elkaar in een vakantieoord in het zuiden van Limburg aan het eind van de jaren vijftig. Ze zijn naar een door nonnen geleid instituut gestuurd om aan te sterken. Maar naast stevig voedsel en rust vinden ze vooral hun eigen onbestemde gevoelens. De vier - twee jongens en twee meisjes - zonderen zich zoveel mogelijk af en raken verward in een web van vage verliefdheden.