Beethovens eerste twee pianoconcerten delen een overvloed aan lyrische en virtuoze kwaliteiten. Concerto nr. 1 in C major is expansief en rijk georkestreerd met een subliem langzaam deel dat teder en vurig is, en een finale vol inventieve humor. Concerto nr. 2 in Bes-major paart energie aan elegantie, met een poëtische breedte in het langzame deel en een eigenzinnige humor in de finale. Ook opgenomen is het joviale Rondo, WoO 6, dat Beethoven oorspronkelijk bedoeld had als de finale van Concerto No. 2